Tagreed en haar man wonen met hun zes kinderen in Teqoa. Zij zijn allebei ambtenaar bij de Palestijnse Autoriteit. Tagreed is lerares Duits. Aan de veertig dunums land verdienen Tagreed en haar man geen geld, maar ze eten er wel van. Van de verschillende soorten fruit maakt Tagreed jam, de olijven laat ze persen tot olijfolie. Om extra geld te verdienen om de therapie van haar zieke dochtertje te kunnen betalen is Tagreed een kookcursus voor toeristen gestart.
Het leven in Teqoa is niet gemakkelijk. Zowel nederzettingen als de militaire basis liggen vlakbij. Het dorp voelt als een soort gevangenis. Een vaste telefoon- en internetverbinding hebben ze niet, die is er alleen voor de kolonisten in de nederzettingen. De kinderen zijn bang voor de soldaten, die soms hun geweren op de kinderen richten wanneer zij naar school lopen. Tagreed wordt regelmatig aangehouden door de Israëlische politie, die altijd wel een reden vindt om haar een boete te geven. En dan zijn er nog de confrontaties met de kolonisten van Teqoa. Tijdens de laatste olijvenoogst viel een groep vrouwelijke kolonisten de Palestijnse mannen in het veld aan. Zij konden niets doen, want een vrouw terugslaan is geen optie. Bovendien intervenieert het leger in zulke gevallen in het voordeel van de kolonisten. De Palestijnse dorpelingen staan dus machteloos. Maar Tagreed is een sterke, strijdbare vrouw die hard werkt en het beste wil voor haar kinderen. En voor Palestina. Daarom spreekt ze graag met (buitenlandse) bezoekers om te vertellen over de situatie. Tagreed laat zich niet afschrikken. 'Het land is van ons', zegt zij, 'en wij verwelkomen iedereen hier. We wijzen de Joden niet af, maar we wijzen hun politiek af. En de manier waarop zij de Palestijnen zien en behandelen. De Israëlische bevolking zou het beleid van haar regering niet moeten steunen, want het is heel erg fout'.
Uit: Boer zoekt boom ©2015